Bessel van der Kolk bij Zomergasten

Op 28 augustus was Bessel van der Kolk te gast bij Zomergasten.

Een uitzending waar ik erg naar uitkeek en verschillende mensen op had geattendeerd om te gaan kijken. Want Bessel van der Kolk is een expert en pionier op het gebied van traumabehandeling. Onder andere door hem heb ik veel geleerd over de impact die trauma heeft op het gehele lijf en waarom bij vroegkinderlijk trauma (vaak) meer nodig is dan alleen het behandelen van herinneringen met EMDR of imaginaire exposure.

Ik tipte dus ook veel mensen om te gaan kijken in de hoop dat ze zouden zien waarom ik altijd zo enthousiast over zijn werk vertel of er zelfs herkenning in zouden vinden.

Maar eerlijk gezegd; Ik vond het nogal tegenvallen.

Misschien kwam het omdat mijn verwachtingen te hoog waren, raakte de boodschap ‘lost in translation’ of misschien was het wel omdat ik had gedacht dat ik het met alles eens zou zijn over wat hij over trauma zou vertellen,…maar helaas.

Ik miste kernachtigheid in zijn verhaal en een rode draad naar trauma en de impact ervan op je leven en je lijf en op andere momenten miste ik juist uitleg en diepgang.

Laat ik eens beginnen met de EMDR.

Het was natuurlijk mooi dat hij de beelden van voor en na een EMDR behandeling liet zien van een vrouw die een verkeersongeval had meegemaakt.

Je ziet de verandering in hoe ze na de behandeling over de traumatische gebeurtenis vertelt (rustiger, samenhangender) en het verschil in rust in haar lijf.

Bessel zegt het treffend; op de beelden van voor de behandeling zie je meer een herbeleving van wat ze heeft meegemaakt, op de beelden van na de behandeling zie je haar vertellen over een herinnering die ze heeft.

Maar als er dan wordt gevraagd hoe een EMDR sessie eruit ziet, blijft zijn uitleg een beetje vaag.

Hij zegt: ‘It’s some kind of magic”

En hoewel cliënten dit ook wel eens zeggen, dat het klinkt als iets magisch of als toveren, kun je wel duidelijk uitleggen hoe het in zijn werk gaat. Er is een een duidelijk protocol van wat je in een EMDR sessie doet (misschien wel 1 van de meest geprotocolleerde behandelingen die er is) en er zijn ook duidelijke hypothesen over hoe we denken dat EMDR werkt.

Gelukkig vraagt de interviewster door en legt hij iets uit over het ophalen van het naarste beeld van iets wat je hebt meegemaakt en het volgen van oogbewegingen.

In een notendop is dit wat het is, maar van iemand die het al vanaf het eerste uur toepast en er veel ervaring mee heeft, had ik denk ik iets meer passie of uitleg erover verwacht.

Als de interviewster dan vraagt hoe het kan dat het werkt, komt er een uitleg met veel wetenschappelijke termen en onderdelen uit ons brein wat voor mij als traumatherapeut al lastig te volgen was, maar waar ik ook een beetje door verrast werd.

Want de laatste keer dat ik checkte was de stand van zaken dat we wel ideeën/hypothesen hebben over hoe EMDR werkt, maar zijn deze nog niet onomstotelijk bewezen. Er is onderzoek dat EMDR voor een groot aantal mensen effectief is, maar nog niet hoe het kan dat dat zo is… dacht ik. We gaan uit van de hypothese van werkgeheugenbelasting. Dat je aan het beeld van de herinnering moet denken waar je nu nog de meeste spanning bij ervaart en dat je ondertussen wordt afgeleid met andere taken en dat die combintaie ervoor zorgt dat je brein niet beide dingen even goed kan doen en de spanning van een herinnering afneemt. Maar laat het mij vooral weten als ik hierin iets gemist heb. Ik blijf graag up-to-date ;-)

Dat EMDR niet voor iedereen effectief is vertelt hij ook. Op dit vlak Is Bessel een pionier geweest, waarin hij vooral merkte dat bij vroegkinderlijk trauma (vaak) meer nodig is dan alleen EMDR of imaginaire rescripting. Hij laat beelden zien van het onderzoek van Harlow en fragmenten van de psychodramatherapie die hij zelf geeft. Ook andere manieren van helen voegt hij toe; het beoefenen van yoga, dans en zang, maar het belang van het toevoegen van deze elementen in een therapie, het waarom, blijft een beetje onderbelicht. Terwijl dat juist 1 van de dingen is waar hij bekend om staat.

De interviewster vraagt ook naar een stuk wat in de krant heeft gestaan over hervonden herinneringen en hoe hij daar tegenaan kijkt.

Hij geeft aan dat hij gelooft dat hervonden herinneringen bestaan en dat ze als echt beschouwd moeten worden.

Een ingewikkelde kwestie wordt hier aangestipt, waarin er in psychologieland 3 gedachten heersen, kortweg de stroming waarin wordt gedacht dacht hervonden herinneringen betrouwbaar zijn, de stroming waarin wordt gedacht dat ze niet betrouwbaar zijn en de stroming die beide volgt: hervonden herinneringen kunnen betrouwbare herinneringen zijn, maar dat kan ook niet zo zijn: we weten het nog niet goed. Hij lijkt duidelijk te kiezen voor het eerste en bij de onderbouwing gaat hij uit van zijn eigen ervaring en wat hij daarin heeft gezien.

Wellicht voorstelbaar, maar zette mij ook aan het denken. Want onomstotelijk wetenschappelijk bewijs voor het een of het ander is er niet. Ik behoor dan ook meer tot de laatste stroming. Is het dan niet de rol van de therapeut omdat uit te leggen. Dat we eigenlijk niet goed weten hoe betrouwbaar hervonden herinneringen zijn. Dat het een juiste weergave kan zijn, maar dat er ook vertekeningen in kunnen zitten. Dat het een of het ander is nog niet wetenschappelijk bewezen is. Belangrijk om te weten lijkt mij, want stel je hebt een hervonden herinnering, dan wil je als eerste denk ik zelf weten hoe betrouwbaar het is, maar ook als je de herinnering met iemand zou willen delen of iemand ermee zou willen confronteren dan wil je wellicht voorbereid zijn dat er vertekeningen in kunnen zitten of dat als je er aangifte van zou willen doen en de hervonden herinnering het enige bewijs is dat je hebt, dat dit niet als voldoende wordt gezien, vanwege de betrouwbaarheid hiervan. Hoe naar dat ook is, als de herinnering wel helemaal accuraat blijkt te zijn.

Het hoeft overigens een goede behandeling niet in de weg te staan. Je kunt er nog steeds zorgvuldig aandacht voor hebben voor de impact die zo’n hervonden herinnering op iemands leven heeft en juist daarvoor is de belichting van hoe er naar gekeken wordt belangrijk.

Er werd geëindigd met waar Bessel van der Kolk nu vooral onderzoek naar doet. Het inzetten van MDMA bij mensen met een PTSS. Wederom ondersteund met beelden van hoe dit in zijn werk gaat. Interessant en ik ben nieuwsgierig wat dit gaat betekenen voor de toekomst.

Als de interviewster vraagt wat hij nu mensen met trauma zelf zou adviseren noemt hij de MDMA behandeling. Ik weet niet of hier een deel over en weer niet helemaal goed wordt begrepen, maar anders niet een heel erg hoopvol antwoord voor mensen met trauma die nu op zoek zijn naar behandeling. De MDMA behandeling is nog experimenteel en niet bewezen en bovendien voor PTSS in Nederland nog niet beschikbaar.

Hopelijk halen die mensen hun antwoord uit de eerdere behandelmogelijkheden die in het interview de revue zijn gepasseerd.

Want laten we voorop stellen dat zijn onderzoek en zijn boek ‘the body keeps the score’ veel heeft betekent op het gebied van traumabehandeling.

Ik refereer er in mijn eigen behandelingen ook regelmatig naar en ben blij met het onderzoek wat hij op dat gebied verricht heeft.

Vandaar ook misschien dat de verwachtingen hoog gespannen waren en ik veel mensen om mij heen en cliënten heb aangeraden om het interview te gaan bekijken.

Misschien is dat het ook wel dat ik terugkreeg van cliënten dat ze het interview soms toch wel heel technisch vonden en lastig te volgen.

Dat het enthousiasme wat ik heb over zijn onderzoek en boeken in het interview niet op die manier naar voren kwam en dat wat ik gehoopt had voor mijn cliënten; er erkenning uithalen, kennis over opdoen, hoop uithalen, dat dat niet gebeurde.

Dat het enthousiasme wat ik heb als het over Bessel van der Kolk zijn werk gaat niet werd gedeeld.

En daar kon ik ze niet ongelijk in geven.

De bevlogenheid, kennis en passie die hij voor het vak heeft en in het interview ook bij momenten wel even naar voren kwam, werd niet over gebracht op de kijker. Op mij als kijker.

En dat zou ik hem gezien zijn staat van dienst wel hebben gegund.

Ik blijf ook nog steeds enthousiast, over laat ik dan nu zeggen het meeste van zijn werk. Zijn boek blijf ik aanraden. Zijn interview in Zomergasten waarschijnlijk alleen niet ;-)

Next
Next

Interview Alumniblad